C02 Spaanse Muziek tm De Barok
Spanje is een redelijk geïsoleerd land, dat daarmee een eigen signatuur heeft kunnen ontwikkelen. Het is het land van de gitaar en de Spaanse dansen zoals de Flamenco en de Jota, maar die muziek komt pas dat bloei in de 19deen 20ste eeuw. Het is natuurlijk ontstaan uit de volksmuziek van weleer en daarom wel heel karakteristiek.
We gaan gewoon met zo’n flamenco beginnen om er later op terug te komen. We kijken en luisteren naar een You Tube filmpje met een Allegria met Sara Baras
Middeleeuwen en verder
Vanaf 800 tot in de Middeleeuwen was het grootste gedeelte van Spanje bezet door de Islam (zie kaartje, de Moren) terwijl er ook veel Joden en Zigeuners waren. Granada, Cordoba.
1492: Isabella en Ferdinand “bekeren" het land tot het katholieke geloof (reconquista) en laten de meesten in leven (verbanning of integratie). Spaans (met diverse dialecten) wordt de hoofdtaal en het Arabisch verdwijnt.
Er zit dus veel Arabische en Joodse invloed in Spanje, terwijl de RK-kerk er erg conservatief is (dat zie je nu nog in eigenlijk).
Na de reconquista was Spanje sterk en werd als land een machtig koninkrijk. De Gouden Eeuw kwam hier wat vroeger na de verovering van Zuid Amerika en “Europa” (ja, ook Nederland!). Het levert een menging van culturen en dus muziek. Als er geld is, komen de troubadours, zeg maar. Bedenk ook, dat de gitaar goedkoop is en relatief makkelijk is mee te sjouwen.
Probleem is dat er weinig genoteerd werd in die tijd. En dat de Christelijke muziek het enige was dat er is overgebleven. Het Kalifaat van Cordoba omvatte 2/3 van het Iberisch Schiereiland. Daar had Karel de Grote niets in te brengen.
Wat we dus over hebben is die vroeg christelijke muziek, omdat die werd genoteerd (zelfs heel vroeg!!) en vooral werd gedicteerd door Rome. Overigens was de Islam toen heel tolerant ten opzichte van de andere minderheden. Eigenlijk hadden we daar een verlichte cultuur met veel kennis van wetenschap etc. (saignant detail: Oude Griekse geschriften kwamen HIER boven water (in het Emiraat van Cordoba!)).
Codex Calixtinus Santiago (rond 1140)
Omdat Santiago de La Compostella bedevaartsplaats was, was er behoefte aan teksten, voorschriften en gezangen: Er is een geschrift uit de 12de eeuw Codex Calixtinus Santiago).
Deze klinkt dus veel katholieker dan je op grond van de islamitische cultuur zou verwachten. Het is genoteerd in Mozarabisch notenschrift
Voorbeeld 1: eenstemmig (Psallat Chores Celestium) door Monterverdi koor
Voorbeeld 2: een vd eerst bekende driestemmige stukken: Congaudeant Catholici ook door het Monteverdi koor
Cantigues de Santa Maria
Een keur aan “liedjes” van verschillende stijlen uit Galicië (NW-Spanje). Afgeleid van verschillende geschriften (Codexen: met mooie prenten).
Onder Alfonso X (1221-1284).
De interpretatie is tamelijk willekeurig, maar het geeft toch een beeld! Cantiques de Santa Maria
Voorbeeld 1: Traditional in Arabo-Andalusische stijl. Dit is duidelijk minder katholiek, maar straalt een veel oosterse sfeer uit. Je hoort zang, snaar en vooral slagwerk.
Voorbeeld 2: Des oges mais quer’ eu trobar is ook een voorbeeld met een oosterse inslag
Hieronder de vertaling vanuit Oud- Nieuw Spaans en een Google vertaling
Renaissance / Barok
Omdat Spanje één land werd en er meer gereisd werd, kwam er veel meer rijkdom (voor de elite). Dat trekt kunstenaars aan. Met veel graven, hertogen etc.
In de renaissance zijn er twee opvallende namen (tijdens Karel I: 1516-1556)
Mateo Flecha el Viejo (1481-1553): Aragon, Catalaan. Hij trekt van Lleida (Catalonië) naar Valencia en dient aan diverse hoven.
Hij maakt de “Ensalada”: Liederen met gemixte teksten: Spaans/Latijn. Mini Opera. We horen stukje Rindindiridin uit La Bomba
Juan del Encina (1468-1530): Uitvinder vh Spaanse Drama (met Gil Vicente, tekst). De stijl komt uit Vlaanderen/Frankrijk (Ars Nova)
Amor con fortuna. Toch wel veel vrolijkheid in het strenge Spanje
Luis de Milán was een vihuela componist (1500-1561). We horen een fantasie voor gitaar.
Luis de Narváez (??-1549): destijds een beroemde vihuela speler. Ook hier gitaarmuziek
Velen studeerden in Italië en keerden terug naar de Spaanse hoven (Philips II). We horen cancion del emeperador. Een rustig "lied"
Tomás Luis de Victoria (1548-1611): Zanger, organist, Priester etc. Hij werd kapelaan aan het Spaanse hof. Beroemd om zijn koren met overlappende en in elkaar vloeiende lijnen. We horen Magnum Mysterium een prachtig meerstemmig stuk.
De gitaren worden chiquer: Barokker (met veel fratsen) en er komen virtuoze gitaarstukken en methodes
Gaspar Sanz (1640 gedoopt_ 1710) (Aragon, Theologie, Musica). Pedagoog, hij schrijft de eerste gitaar methodes. Prachtige virtuose muziek.
Spanje raakt wat in verval en we zien dat aan de Spaanse hoven: "buitenlanders" worden benoemd: zoals Domenico Scarlatti uit Italië.
Antonio Soler (Catalaan:1729-1783) was door Scarlatti geinspireerd en markeert de overgang van de Barok naar Klassieke muziek (Van Bach naar Beethoven, zeg maar). Veel Clavecimbel muziek met veel friemels dus. We horen twee stukjes: Sonate 84 (Perez); 87 (Alicia de Larocha) Het is lastig deze muziek van Scarlatti te onderscheiden.
In deze aflevering komen we Spanje in de vroege Middeleeuwen binnen, waar op dat de Moren het land overheersen. Ze lieten geen muziek na, dus doen we het met Christelijke muziek, waarin toch wel weer die Arabische invloeden hoorbaar zijn. Door de rondreizende muzikanten onderscheidt de Spaanse muziek zich niet echt van de rest van Europa. Alle invloeden komen weer langs. De gitaar gaat wel een belangrijkere rol spelen.
Reacties
Een reactie posten