Na al het modernisme, is het mooi om stil te staan bij een van de allergrootste pianocomponisten: Fredrik Chopin Hij werd geboren nabij Warschau in 1810 en overleed in Parijs in 1849. Hij is dus maar 38 jaar oud geworden. Het was een ziekelijke man met een enorm muzikaal talent, dat hij tijdens zijn leven mocht uitdragen. Hij was immens populair met zijn romantische muziek bij vooral dames.
Met zijn composities en zijn spelbenadering heeft hij het pianospelen op zijn kop gezet. Het was hem vooral om de klank te doen van muziek en niet om technische hoogstandjes. In dat opzicht leek zijn visie overeen te komen met de ideeën van papa Wieck. Het ging hem ook vooral om de voordracht. Chopin ging daarin een stap verder. Zo vond hij de witte toonladders onvergeeflijk moeilijk (je hebt geen houvast) en spinde hij vooral zijn composities rond de zwarte toetsen. Onder het mom: maak gebruik van wat optimaal is en forceer dat niet.
Maar laten we bij het begin beginnen: Chopin is een patriottische Pool geboren uit een Franse vader (dat weer wel) en een Poolse moeder. De familie verhuist naar Warschau en vader geeft Franse les op het Warschau Lyceum. Ze wonen op het terrein van het complex. De ouders spelen viool en piano en gaven er les in. Zij hielden een pension. Freekje was klein en een ziekelijk jochie en samen met zijn zusje kreeg hij pianoles.
Freekje blijkt een wonderboy, als hij zeven is treedt hij al op en schrijft hij zijn eerste composities. Polonaises in G-klein en Bes. We luisteren naar die in G-klein opgedragen aan de vrouw van zijn peetvader. Let op de het typisch Polonaise ritme in de standaard 3/4 maat.
Je ziet dat Chopin zijn hele leven Polonaises schreef of Walzen of Mazurka's. Ze zijn allemaal als genre gebundeld, maar omspannen dus zijn hele leven. Die Polonaises worden dus later veel volwassener en sommigen behoren tot de top van de pianoliteratuur. Hij componeerde ze ook graag omdat het Poolse dansmuziek betreft. En hij was patriot. Ter vergelijking de Helden-Polonaise (1842, 32jr) in As. Als je oplet hoor je hier na de introductie weer dat ritme van de polonaise terug. Ik heb deze in 1970 nog door Arthur Rubinstein (ook een Pool) horen spelen met de bekende "koffiemolen" in de linkerhand in het E-groot stuk.
Het was Rubinsteins "lievelingsstuk".
De Russen heersten over Polen en vorderden het Lyceum en Freekje moest met zijn ouders verhuizen. Het was duidelijk dat Chopin in die tijd al optrad voor de "bezetter". Hij speelde samen met de zoon van de regent Pavlovich in het Belweder Paleis. Kortom Frederik was al vroeg populair.
Als Chopin dertien is, gaat hij naar het Lyceum en volgt muzieklessen in Muziektheorie, begeleiding, en vooral compositie.
Het is ook in die tijd, dat de meest wonderlijke muziekinstrumenten ontstonden, zoals een kruising tussen een piano en een orgel: aeolomelodicon.
Die dingen bestaan natuurlijk niet meer, maar die rijken waren er als eersten bij om zo'n ding te hebben. En Frederik werd dan gevraagd om het ding te bespelen. Toen de Tsaar Alexander I, op bezoek was in Warschau speelde hij op een soortgelijk ding en ontving daarvoor een ring met een diamant erin als geschenk. Zo ging dat blijkbaar. We gaan het Op. 1 Rondo in C-klein horen (Chopin is 15jr) (een Rondo is een stuk met een steeds terugkerend zelfde thema, oorwurm). Als een lopend vuurtje gaat het rond: Er is een nieuwe ster geboren. Ook Robert Schumann krijgt er lucht van en Clara moet het natuurlijk spelen. Het betekent dat dit werk als eerste is uitgegeven. Chopin heeft dus, zoals ook met die Polonaises, diverse Rondo's als muziekvorm geschreven.
Freek blijft tot zijn twintigste in het milieu van Warschau en exploreert zijn seksualiteit, die tot op heden nog niet zo duidelijk is gebleven. In ieder geval wordt hij verliefd op Kostanza Gladkowska. Ook wordt zijn familie geportretteerd door Miersozewski, Freek was toen al zeer populair.
Chopin besluit naar het westen te gaan en verbrandt voorlopig zijn schepen in Polen, hij verlaat zijn liefde en geeft zijn afscheidsconcerto voor piano nr1. in E-klein. Bedenk dat dit prachtige werk in zijn Poolse tijd is geschreven. Zijn tweede concerto voor Piano is in dezelfde tijd ontstaan. Ik laat jullie opnieuw een Rondo horen (het laatste deel uit het eerste) en het Larghetto uit het tweede concert. Beide gespeeld door Kristian Zimmerman en het Pools Festival Orkest. Wat een melodieën van schoonheid.
Als Chopin in Berlijn is, ontmoet hij natuurlijk Mendelssohn en de violist Paganini met zijn virtuoze vioolmuziek. Het gerucht gaat dat hij zich door hem liet inspireren door zijn etudes te schrijven. Hij heeft twee reeksen (op10 en op25) en nog wat extra's geschreven. Waren etudes vooral saaie oefenstukken (Czerny, Heller, etc.) bedoeld om door eindeloos te spelen je techniek te vervolmaken. Chopin maakte mooie etudes. Ze worden gewoon op recitals uitgevoerd en ja ze zijn prachtig, maar toch ook wel heel moeilijk. We gaan horen de tweede uit opus 10 (de chromatische) en de derde (droevige). Je vraagt je af wat hier moeilijk aan is, als je het zo hoort. Het zit hem in de doorklinkende melodie, terwijl je in een hand gewoon moet doorspelen. Stuk voor stuk mooie oefeningen en dan hebben wede op.25 set nog geen eens gehoord. Bedenk ook dat Chopin zelf een verwoed docent was met veel leerlingen. Vooral in Parijs..... Een belangrijke inkomstenbron.
In Berlijn rijst zijn ster verder. Zijn spel is verre van ruig en eerder ingetogen, terwijl men zijn composities natuurlijk prachtig vindt. Hij maakt zich los van zijn ouders en wordt selfsupporting met concerten en vooral lesgeven. Want iedereen wil spelen zoals hij. Chopin haat eigenlijk het geven van concerten in grote zalen. Hij speelt liever in salons. Hij vindt erkenning bij die andere groten der aarde: Liszt en Berlioz. Zijn grote optredens zijn uiterst zeldzaam en worden daarmee mythisch.
Hij ontmoet in Duitsland oude vrienden uit Warschau, waaronder Maria Wodzinska, die hem uitschildert:
Het is ook in Duitsland dat hij de Ballade vorm introduceert. Het zijn zijn solowerken uit een stuk. Met wel voortdurend variërende thema's binnen zo'n stuk (denk aan een fantasie). Ze waren ideaal om mee op te treden als Bravourstuk. Schumann nam er kennis van en vond het natuurlijk mooi. We gaan Ballade nr 1 horen (hij heeft er vier geschreven van dit genre)). Een majestueus werk. Je zou het kunnen vergelijken met een fantasie: Er is bij deze een intro, met daarna verschillende melodische thema's en vooral vuurwerk. Daar maak je goede sier mee. Ook in de Film De Pianist wordt dit als overlevingsmuziek gespeeld. Aangrijpende scene.
We gaan het hebben over hoe muziek in elkaar steekt. Een van de belangrijkste vormen is de sonatevorm van een muziekstuk. Dit niet te verwarren met "een sonate" als muziekstuk. De laatste is een meestal vierdelige set bestaande uit: Iets Snels, Iets langzaams, Een menuet, Een Finale. De stukjes zelf hebben wel die Sonatevorm:
In het algemeen geldt voor een sonatevorm:
THEMA-Doorwerking_THEMA
Nu zijn er op dit gebied heel veel mogelijkheden. En we proberen een eenvoudig Liedje
altijd is Kortjakje ziek (A), midden in de week maar zondags niet (B)
Zondag gaat ze naar de kerk (C) met een boek vol zilverwerk (C)
altijd is Kortjakje ziek (A), midden in de week maar zondags niet (B)
De structuur wordt dan AB, CC, AB
Of: Hoort de Wind waait door de Bomen, De zak van Sinterklaas
Maar niet Zie de Maan schijnt door de bomen.
We kunnen dus ook naast de sonatevorm, de liedvorm (doorgecomponeerde stukken) en thema met variatie, terwijl zo'n variatie wel weer een Sonate vorm kan hebben.
In 1830 vestigt Freek zich definitief in Parijs. Hij treedt nauwelijks op maar geeft veel les. Hij zoekt het, net zoals Schubert in de wat intiemere entourages. De salons dus. Liszt was een van zijn vrienden (ze woonden vlak bij elkaar). Maar Liszt hield er juist een veel flamboyantere levensstijl op na, met veel concerten. Destijds had hij aan Liszt zijn eerste etudes opgedragen. Ook maakt hij kennis met een pianobouwer Camille Pleyel. Freek speelt erop en Camille probeert ze natuurlijk te slijten aan de elite. Chopin componeert volgt ook het genre Nocturne, waar van hij diverse sets heeft gecomponeerd. Het genre was reeds belend bij bijvoorbeeld John Field. Maar het was Chopin die de nocturne vervolmaakt. Relatief korte stukken met dromerige chromatische melodielijnen. Hij schreef er 21, bij allemaal in zijn franse tijd. Ik laat
op.9 nr 2 (Es-groot horen, Vorm A A B A B A CODA). En natuurlijk de
VPRO nocturne. Het sentiment druipt er vanaf (A A B B' A A CODA). Deze komt ook in de Pianist voor als soundtrack
Het volgende genre dat we kennen zijn de walsen. 3/4 maat en zwierig van opzet. De tempi liggen erg uiteen en om er nou een Weense wals op te zwieren, lijkt met vrij onmogelijk. Het toppunt van een snelle wals is natuurlijk de minuten wals. We horen Lang Lang
Op64 nr1 (Structuur: De enorme tempowisselingen vallen op, maar in een minuut is het lelijk (Structuur (AA BB) C AABB, CODA,.
Jasperina de Jong heeft er ooit ook een versie van gemaakt in 1975.
Omdat Chopin een patriot was, heeft hij naast polonaises ook veel setje mazurka's geschreven. Het kenmerkt zich door accenten op de tweede of derde tel in de 3/4maat. Zijn hele leven door heeft hij er zo'n 60 geschreven. Er zitten veel motiefherhalingen. Wellicht gebruikte hij ze voor zijn leerlingen. Ze zijn niet te moeilijk. Een vroege
Op6 nr 1 (AABA BA C A) en een late
Op68 3 (Vladimir Ashkenazy).
A A' (terts omhoog) B A' C (andere toonsoort) A A'.
In Paris werd hij door de muzikanten opgemerkt en bewoog hij zich in de hoogste elitaire kringen (Rothschilds) waar hij op Pleyel instrumenten speelde (promotion!). Pleyel werd een bevriend pianobouwer. Er was zelfs ook een Salle Pleyel (300 man), waar hij concerten gaf, maar zoals gezegd, die waren zeldzaam.
Al die kleine muziek, was ook erg geschikt om te worden uitgegeven. Dat leverde hem veel geld op. In Parijs is Chopin het liefst op zichzelf en treedt alleen op in kleine gezelschappen, maar om zijn werk internationaal uitgegeven te krijgen moest hij toch wel de boer op. Het is in 1835 dat hij in Duitsland rondtrekt en de grote bekenden aldaar ontmoet, zoals Mendelssohn, Schumann, Clara Wieck. Hij vraagt hier om de hand van Maria Wodzinska bij haar moeder, die het goedvindt, maar papa vindt het niet goed. Hij vindt Chopin een te lage partner, die bovendien een zwakke gezondheid heeft. Dus in 1837 eindigt de relatie.
Hij schrijft de Farewell wals opus 69.1.
Romantiek dus (A A B A B A C C D A Coda)
Zoals gezegd Chopin was bevriend met Franz Liszt. Het was meer een haat liefde verhouding en dit kwam ook omdat ze dezelfde vriendinnen op na hielden: Marie d'Agoult en George Sand. Sand was een wat onooglijk type vrouw (met geld) van 1,52m sigaren rokend, maar bekend om haar literaire gaven en vooral hoor autonome houding. Feministe van het eerste uur.

Chopin zag haar aanvankelijk niet zitten, maar zij was aardig verliefd op hem. En omdat zijn huwelijk met Maria was geweigerd, zocht hij zijn heil bij haar. Ze brengen de winter door op Mallorca (1838/39) in de veronderstelling mooi weer te hebben. Dat viel tegen. Het was koud en regenachtig. En op Mallorca hadden de mensen het niet zo op die 'moderne' franse artiesten. Die ongetrouwd bleken. Ze konden in een koud klooster. Sand regelt een piano en Freek componeert er polonaises, een scherzo en maakt er zijn Preludes Op. 28 af. Deze reeks van 24 stuks begint in C-groot/klein en loopt daarna de kwintencirkel van G-groot/klein etc tot de cirkel rond is. Iedere pianist wil deze stukjes spelen. Ze zijn kort, soms simpel maar vaker razend moeilijk. Ik laat de beroemdste horen:
De Regendruppel prelude, waarbij de Gis/As voortdurend doorklinkt in het stuk. Heel bijzonder. Ook hier weer A A B AA
In die tijd is er een beroemd schilderij van Sand en Chopin gemaakt door Lacroix, waar ze oorspronkelijk als koppel opstonden, maar dat later is opgeknipt. We hebben de stukken nog:
Chopin aan de piano, terwijl Sand luistert. Een onbekende schilder heeft ze later weer aan elkaar geschilderd aan de hand van de originelen:
Ze verlaten redelijk ziek het eiland en komen via Marseille weer aan land. Samen verblijven ze in het plaatsje Nohant, waar Sand een huis heeft. Het ligt precies midden in Frankrijk. Hier komen allerlei vrienden van het stel langs. Chopin is in redelijke conditie. Hij componeert de sonate Op58.Een van de moeilijkste werken die er zijn. We horen het
scherzo (Uchida). Ik herinner me dit stuk goed, omdat mijn vader het op een bandje van de radio had opgenomen (1962 of zo). Alleen het laatste deel paste er niet meer op. Dus ik was vroeger altijd heel nieuwsgierig hoe het stuk zou aflopen.
Het stel gaat terug naar Parijs. De output loopt wel achteruit. George Sand wordt meer verpleegster dan minnares. Ook zijn leerlingen lopen terug. Het is intussen 1848 en er is revolutie in Parijs. Je kunt niet ziek genoeg zijn om toch nog op reis te gaan. Hij geeft nog een concert in Parijs, waar zijn cellosonate klinkt. Het zal een van zijn laatste gepubliceerde werken zijn. Het is opgedragen aan Auguste Franchomme. een cellist dus. We gaan het langzame deel horen
het Largo. Een en al melancholie.
In Engeland maakt hij een concertreis (april 1848), die door een van zijn leerlingen (steenrijke Jane Stirling) wordt geregeld. Queen Victoria, Pr Albert (muzikaal) en vele anderen willen hun jonge held wel zien. De reis putte hem behoorlijk uit, maar bracht hem natuurlijk wel wat. Aan het eind woog hij 45kg.
Hij ging terug naar Parijs. Doodziek. In onze tijd zijn de mogelijkheden voor een rustig heengaan wellicht wat beter dan toen, want het duurde wel tot 17 oktober 1849 voordat hij zijn laatste adem uitblies omringd door zijn vrienden, dat wel. En nu wordt het wat onsmakelijk. Chopin was toch wel zo populair dat er een dodenmasker van hem is gemaakt. Op zijn verzoek werd zijn hart verwijderd, in een fles alcohol, naar Polen gestuurd inclusief zijn liefdes brieven. Zijn hart lag/ligt letterlijk in Polen.
Zijn begrafenis was pas op 17 oktober. Er kwamen 3000 mensen. Van heinde en verre kwamen ze opdraven. De dienst was in de Madeleine en Chopin werd bijgezet in Père la Chaisse begeleid onder een georkestreerde versie van zijn eigen Marche Funèbre.
We gaan natuurlijk het
origineel horen (ABAB C C C' C C etc, A B A B A. Iedereen kent het. Het kenmerkt zich door de "mars" gevolgd door een melodieus tussendeel. Kijk vooral in de engelse wikipedia voor het leven van deze componist.
Reacties
Een reactie posten